Web Site  

woman‎Margaretha Storm van Weena‏‎, daughter of Gerrit Willems Stormszn van Weena and Maria Vrancken van der Meer‏.
Born ‎1440 Delft
Margaretha van Weena stamde uit een beroemd Hollands geslacht, dat der Bokel's (Beukel's), de bezitters van het slot Weena. Zij hebben vrij zeker "de oudste kern" gelegd van Rotterdam, van de dijk, "Genaamd Vasteland, Schiedamschedijk, Korte Hoogstraat, Hoogstraat". Hun slot moet gelegen hebben op de plek waar zich nu het station Hofplein bevindt. Na de Vlaamse oorlog, in het begin van de 14e eeuw, teruggekeerd op hun kasteel, kregen de Heren van Bokel ook het zogenaamde "Nieuwland" in hun bezit. Graaf Willem III wist in 1337 Heer Dirk Bokel diens deel van de Middeldam met het Nieuwland afhandig te maken en 's jaars daarna kreeg Rotterdam stadsrechten (1338). De drie jaren van burgeroorlog 1425-1428, gedurende de regering van Jacoba van Beieren, brachten ook het einde van het slot Weena. Nog eeuwen lang bleven de bouwvallen ervan zichtbaar. Heer Jacob Bokel van Weena behield zijn Heerlijkheid van Beukelsdijk en bewoonde later het slot Giessenburg in de Alblasserwaard. Als goede vrienden van Filips van Bourgondie, bekleedden de Heren van Weena zelfs een plaats onder 's hertogs raadslieden. Wat de Rhoonse belangen niet tot nadeel zal hebben gestrekt! '

Onder het wapen van Margriet staat "Pieter van Roon, Soone van Pieter van Roon ende van Adriana Saijt van Roosendael, hadde te wijve Margareta van Weena".

Bron: Van Leeuwen, Batavia Illustrata bl: 1073; Ds. T.A. v.d. Vlies "De eerste eeuwen van Rhoon"

Married ‎± 1460, age approximately 20 years (married approximately 49 years) to:

manPieter Pieterszn van Roden‏, age by marriage approximately 40 years, son of Pieter Boudijns van Roden and Adriana Dierc Zaijendr van der Lee‏.
Born ‎± 1420, died ‎28 Jun 1509‎, age approximately 89 years
Ambachtsheer van Rhoon, (1483-1502)

Pieter was de jongste van 6 zonen. Of hij Heer van Rhoon werd (in plaats van zijn oudere broers) omdat hij de naam Pieter droeg, is niet bekend.

Bij de Sint Eilizabethsvloed van 1421 verdween het dorp Pendrecht en werd het Kasteel van Rhoon, dat reeds in de 12e eeuw was gebouwd, verwoest. Net als het hof van Weena was dit waarschijnlijk een donjon. Tegen de volkswil in werd veel ingepolderd door Pieter III. Hij bouwde zijn kasteel in 1433. Er staat geschreven dat het huwelijk met Margaretha een uitbundig feest geweest is. Meteen na haar huwelijk zal Margaretha bij Pieter op het kasteel van Rhoon zijn gaan wonen.

In 1489 toen Jonker Frans van Brederode, die als hoofd van de Hoeksen Rotterdam had ingenomen, de kabbeljouwen een lesje wilde leren, gingen 300 soldaten onder commando van Joris van Brederode en Daniel Lepeltak richting IJsselmonde. Ze plunderden eerste het slot "Valckesteyn" dat onder Poortugaal lag en trokken vervolgens op naar Rhoon. Het kasteel van Rhoon werd geplunderd en in brand gestoken door Hoekse benden. Pieter en Margaretha wisten te ontkomen met mededeneming van de familiepapieren. Ze vluchtten naar het Kabeljauwse Schiedam. Pas in 1503 doe Pieter afstand van 'zijn troon'.

1 aug. 1455: Pieter van Roden wordt beleend met zijn 1/5 deel van de heerlijkheid Rhoon (de overige 4 delen komen toe aan zijn broers) en op 4 okt. 1463 met 1/20 deel

19 apr. 1474: hij koopt voor 10 1/2 ponden groten Vlaams 1/4 deel van de heerlijkheid Rhoon, nagelaten door zijn broer Willem en wordt daarmee op 23 mei 1474 ten Zeeuws rechte beleend 23 mei 1474: Pieter van Roden tocht zijn vrouw Margriet Gerijt Stormsdochter, lijftocht door hem vernieuwd op 11 okt 1497, hij woont dan in Delft

23 mei 1474: hij wordt beleend met het 1/4 deel van de heerlijkheid Rhoon, nagelaten door zijn broer Willem en het 1/4 deel, "afgestorven bij dode van" zijn broer Dirk, welk deel hij al op 20 juni 1471 van Jan van Lessanen, rentmeester van Zuid-Holland heeft gekocht

4 febr. 1483: hij wordt beleend met de Arkelse lenen van zijn broer Vranck, die kinderloos was overleden (uit de vererving van de Arkelse lenen blijkt, dat Pieter één van de twee jongste broers was)

16 sept. 1497: hij maakt van de kleine heerlijkheid en de hoge heerlijkheid van 20 morgen en de lage heerlijkheid van het land tussen het kerkhof van Pendrecht en Katendrecht één grote heerlijkheid. Tevens koopt hij het laatste 1/4 deel, afkomstig van zijn broer Vranck. Al met al betaalt hij op 6 okt. 1497 voor deze transactie 120 ponden groten Vlaams, waarna op 11 okt. 1497 de belening volgt.

Bron: Ds. T.A. v.d. Vlies "De eerste eeuwen van Rhoon"


Pieter III van Roden [Van Rhoon], geb. ca. 1420 (geschat), beleend met een vijfde deel van de lenen van zijn vader in 1455, met een twintigste deel in 1465, koopt tweemaal een vierde deel in 1471, 1474, uiteindelijk ambachtsheer van de gehele heerlijkheid Rhoon 1483-1502, krijgt het onversterfelijk leenrecht (1481) en de hoge heerlijkheid (1497), inpolderaar van de Rhoonse polders Gijsenland, Nijenland en Jan Corneliszoonland, overl. 28-6-1509, tr. ante 23-5-1474:
Margriet Gerrit Stormsdochter van Weena [Margaretha], uit het Rotterdamse geslacht van de Boksels, haar wapen is te zien op een gebrandschilderd raam in het kasteel van Rhoon

Child:

1.
manPieter Pieterszn van Rhoden‏
Born ‎± 1460 Den Haag, died ‎± 19 Feb 1534 Rhoon‎, age approximately 74 years
Pieter van Roden [Van Rhoon], geb. ca. 1460 (geschat), ambachtsheer van Rhoon 1502-1534 en Pendrecht 1520-1534, eigenaar van een huis aan het Westeinde te Den Haag, overl. 19-2-1534, begr. Rhoon, tr. 7-6-1501:Anna van Grave, geb. 5-1-1475, overl. 6-3-1549, begr. Rhoon, haar wapen is te zien op een gebrandschilderd raam in het kasteel van Rhoon